De geschiedenis van Hollandse Nieuwe, van Haringkaken tot Vlaggetjesdag

Deze blog duikt in de zilte geschiedenis van onze geliefde haring, de Hollandse Nieuwe. Van de revolutionaire uitvinding van het haringkaken tot aan Vlaggetjesdag, uiteraard vanuit een Nederlands perspectief, met een knipoog naar de humor in het leven en een snuf chauvinisme. Hollandse Nieuwe is een door de EU erkend en beschermd streekproduct, bewaakt door het Nederlands Visbureau. En ja, de Republiek der Nederlanden bestaat pas sinds 1581. Maar dat weet de haring gelukkig niet.

Het geheim van het ‘kaken’ van haring

Wist je dat wij als Nederlanders culinaire geschiedenis schreven in de 14e eeuw? Willem Beukelszoon (?–1397) uit Zeeland vond het haringkaken uit dat de houdbaarheid van de haring enorm verlengde. Kaken werd een simpele maar briljante techniek waarbij haring aan boord werd ontdaan van kieuwen en ingewanden, op de alvleesklier na. De alvleesklier geeft tijdens het rijpingsproces enzymen af waardoor de vis een mooie zachte smaak krijgt. De vissen gingen gezouten in tonnen, klaar voor export. Europa was verkocht.

Het woord kaecharinx dook al op in 1332! Boze tongen fluisteren dat men in Scania (nu Denemarken) al eerder aan het kaken was. Maar wij negeren dat natuurlijk, want wie zette die haring uiteindelijk in tonnetjes op onze zelfgebouwde haringboten om door heel Europa te verkopen? Juist.

Nederland had zelfs een haringpolitie in die tijd: het College van de Groote Visscherij (1567–1857) en die hadden natuurlijk heel veel regels! Hollandse vissers moesten bijvoorbeeld een eed afleggen dat ze nooit voor buitenlanders mochten werken om te voorkomen dat de techniek van het kaken algemene kennis zou worden. Ook bepaalde deze organisatie dat de haringvangst pas mocht beginnen op 24 juni (Sint Jans dag). Toen al om overbevissing tegen te gaan en de kwaliteit van de vis te bevorderen.

De Nederlandse haringvloot van Cornelis Beelt (1640-1702)

De haringvloot

Het verkopen van de gekaakte haring bleek een groot succes in de 15de tot en met de 17de eeuw.  Er werd veel geld geïnvesteerd in de scheepsbouw en het opzetten van Europese handelsroutes en de daarbij behorende visserij activiteiten zoals scheepsbouw, nettenmakers, tonnenmakers en natuurlijk werkgelegenheid voor zeelieden. Het zout kwam in die tijd uit Spanje en Portugal. De viscapaciteit werd verhoogd door de bouw van de haringbuis, een schip met een vergrootte opslagcapaciteit dat onmiddellijk voor langere visseizoenen en grotere voorraden zorgden om aan de snel stijgende vraag voor haring te voldoen. In 1416 werd de eerste grote haringbuis gebouwd in Enkhuizen en de Hollanders domineerden al snel 80 % van de haringmarkt. Maar goed, omdat mensen nu eenmaal niet met elkaar kunnen samenwerken, laat staan delen waren er ook kapers op de kust.

Jacob Collaert (15?? –1637), de Duinkerker kaper

Rond 1600 was het aantal haringbuizen van Holland en Zeeland gegroeid tot 1.500 schepen. We waren in die tijd vrijwel altijd in oorlog met Spanje dus besloot de Spaanse koning Vlaamse piraten in dienst te nemen die opereerden vanuit Duinkerken. Een van de beroemdste Duinkerkse kapers was Jacob Collaert. Hij viel gewoon de Hollandse oorlogschepen aan die de haringvloot beschermden, vernietigde dan de haringbuizen en nam de vissers mee naar Duinkerken en liet ze na betaling van losgeld weer vrij. Eigenhandig, met zijn vloot en bemanning natuurlijk, was hij verantwoordelijk voor het uitschakelen van 150 haring schepen en het ontvoeren van 945 bemanningsleden. In tegenstelling tot de meeste piraten is hij een natuurlijke dood gestorven aan een gekke ziekte in Spanje.

Dit is dat faetsoen vanden kooninck van den harinc (opschrift)

De Haringkoning (met kroontje)

Adriaen Coenen (1514–1587), een vishandelaar uit Scheveningen, schreef in de 16e eeuw zijn Visboeck (1577 – 1581). Hét boek over vis, en dus ook over haring. Dit handgeschreven manuscript zit vol met zeer mooie plaatjes die Adriaen zelf getekend heeft. Met daarin de allereerste afbeelding van een haring met een kroontje, de koningsharing. Vissers geloofden in die tijd dat de grote scholen haring geleid werden door een rode koningsharing. Adriaen heeft in zijn boekje getiteld de Haringkoningboeck de rode Mul aangewezen als meest waarschijnlijke kandidaat. Ikzelf denk dat zijn vriend Willem van Oranje (1533 – 1585), die Coenen een eerder verloren gegaan, exemplaar van dit boek cadeau heeft gegeven en dan moet je natuurlijk wel de koningsharing een oranje kleur geven met een kroontje, net als de oranje wortel overigens. In het openbaar was oranje gezindheid niet altijd handig in die tijd. Maar zie deze uitleg maar als een eigen chauvinistische interpretatie van mij. De naam koningsharing is wel blijven hangen omdat later het gebruikelijk werd om het eerste tonnetje Hollandse Nieuwe aan de koning of koningin te schenken. Bovendien is deze (zilveren) haring met kroontje zowel in de Scheveningse vlag al die van Enkhuizen terecht gekomen (zie onderaan). Goed, laten we naar de vis zelf gaan!

De Hollandse Nieuwe

Onze Hollandse Nieuwe is bij de Europese Unie geregistreerd als GTS (gegarandeerde traditionele specialiteit), en dus een beschermd streekproduct en heeft dan natuurlijk ook een productdossier. Daar schrijven ze:

De term „Hollandse Nieuwe” is een begrip in Nederland, een oude traditionele benaming die uitsluitend mag worden gebruikt voor het traditionele product dat in de periode van 1 mei tot en met 31 augustus van het lopende kalenderjaar wordt gevangen en in de periode van 1 mei tot en met 30 september van datzelfde kalenderjaar onder die benaming mag worden verkocht.

Dat betekent in gewoon haringtaal dat de viswinkel alleen Hollandse Nieuwe mag verkopen tot 30 september! Daarna is het een maatjesharing.

De benaming „Hollandse maatjesharing” wordt beschouwd als verzamelnaam waarmee het traditionele product, gevangen in de periode van 1 mei tot en met 31 augustus, zijnde het vangstseizoen, wordt beschermd. De „Hollandse maatjesharing” mag onder die benaming zowel voor als na 31 augustus van het vangstseizoen worden verkocht.

Maatjesharing is een verbastering van maagdenharing, d.w.z. de tijd voordat de haring ondeugend is geweest in het water (mannelijke vis heeft geen hom en de vrouwelijke vis geen kuit).

Sinds 1968 is het wettelijke verplicht om de haring in te vriezen ter voorkoming van haringworm. Sinds deze verplichting kon de haring lichter worden gezouten, en is zwaar gezouten haring in Nederland snel uit de gratie geraakt. Door het invriezen van de haring kan de vangst het gehele jaar door geconsumeerd worden zonder kwaliteitsverlies.

Begin Haring seizoen

De einddatum van nieuwe haring is dus 30 september maar wat is nu de precieze begindatum? Deze wordt elk jaar opnieuw bepaald door het Nederlands Visbureau en het proces staat natuurlijk mooi beschreven in het reeds genoemde product dossier. Het visbureau houdt in de gaten op welk moment er voldoende haringen zijn die minstens 3 jaar oud zijn (geslachtsrijp), met voldoende vetpercentage (minimaal 16 %), en er mag nog geen hom of kuit aanwezig zijn. In 2025 was dat bijvoorbeeld op woensdag 18 juni. Het beroemde eerste vaatje wordt op de dag daarvoor verkocht, de opbrengst gaat naar een goed doel.

Vlaggetjesdag, scheveningen 2023

Vlaggetjesdag: van buisjesdag tot marketingfeest

Na 1416, toen de eerste grote haringbuis in Enkhuizen werd gebouwd, vertrok de haringvloot op 15 juni vanuit Vlaardingen. De zondag daarvoor werd het buisgebed uitgesproken en de buiszang gezongen. Die dag stond bekend als buisjesdag. In Deel II van de Natuurlyke historie voor kinderen uit 1781 wordt buisjesdag al genoemd als een oude bekende traditie. De schepen lagen zij aan zij en werden versierd met rode en blauwe vlaggetjes.

De terugkomst van de eerste haringbuis, ergens in augustus tijdens de haringrace, werd feestelijk gevierd. In de stadstoren werd een vlag gehesen en haringwagens stonden klaar om de tonnen naar Den Haag te brengen, waar de koning (later de koningin) het eerste vaatje kreeg aangeboden.

In 1866 kwam de eerste zeillogger, en rond 1920 waren de zeilloggers vervangen door motorloggers. De feestelijke sfeer van buisjesdag verdween geleidelijk.

In 1947 besloot Scheveningen om Vlaggetjesdag als marketingmoment voor de Hollandse Nieuwe te gebruiken. We gingen massaal haring uit de Noordzee vissen, tot dat het wegens overbevissing verboden werd. Tegenwoordig wordt de vis gevangen door Noren en Zweden. Het Visbureau test nog steeds de kwaliteit en koopt de beste maatjesharing in, die wij dan voor september als Hollandse Nieuwe verkopen. Sinds 2006 vieren we Vlaggetjesdag op de derde zaterdag van juni. Is de haring dan nog niet vet genoeg, dan vieren we het met haring van het vorige jaar. Dit gebeurde in 2013, 2015 en 2023. De veiling van het eerste vaatje, met ongeveer 45 haringen, vindt traditioneel plaats in Scheveningen, een dag vóór de officiële start van de verkoop van de Hollandse Nieuwe door heel Nederland. De opbrengst gaat elk jaar naar een ander goed doel.

De vlag van Scheveningen bestaat uit een azuur blauw veld met drie zilveren haringen die naar links zwemmen, en boven elke haring een gouden kroon.  De blauwe kleur staat voor de noordzee, het wit voor het zilver van de haring, en de gouden kronen verwijzen naar de koningsharing.

Plaats een reactie